Palmer en Ka-Spel - I Can Spin A Rainbow

Kleurrijke psychedelica met een hart

 

Luister naar I Can Spin A Rainbow met Spotify

 

Amanda Palmer en Edward Ka-Spel werken op I Can Spin A Rainbow niet voor het eerst samen, maar het is wél het eerste album dat uitdrukkelijk onder hun beider namen is uitgebracht. De naam Amanda Palmer zal bij kenners vooral een belletje doen rinkelen vanwege haar rol als frontvrouw van The Dresden Dolls, waarmee ze een soort punk-cabaret maakte. Edward Ka-Spel is de excentrieke dichter en frontman van de Brits-Nederlandse psychedelische band The Legendary Pink Dots, maar hij brengt ook onder zijn eigen naam en in diverse samenwerkingen albums uit.

Amanda Palmer en Edward Ka-Spel: The Odd Couple…

Begin jaren 90 deed The Legendary Pink Dots de Amerikaanse stad Boston aan voor een optreden. De nog piepjonge Amanda Palmer, die via haar eerste vriendje kennis had gemaakt met de muziek van Edward Ka-Spel en zijn mannen, hoorde bij toeval dat de band een plek zocht om te slapen, en ze wist haar ouders over te halen om hun huis beschikbaar te stellen. De ochtend na het optreden bakte ze eieren voor haar idolen en zo ontstond - in een notendop - een lange maar vooralsnog vluchtige vriendschap. Jaren later, toen Amanda in Keulen studeerde, kwamen ze elkaar weer tegen bij een optreden. Edward vroeg haar of ze met de Pink Dots mee wilde reizen tijdens hun uitgebreide Duitse tournee, omdat ze de taal vloeiend sprak, en dus de merchandise kon doen. Daar kreeg Amanda de smaak van het rondreizen en optreden echt te pakken. Toen ze later, in 2006 om precies te zijn, zélf bekendheid genoot met haar tweemans/vrouws bandje The Dresden Dolls nodigde ze de Pink Dots uit om een paar keer het voorprogramma te verzorgen. In die periode werden voor het eerst de woorden “we gaan een keer samen iets doen” gesproken, overigens zonder daar een concreet vervolg aan te geven. Dat zou nog wel enkele jaren duren.

En dan eindelijk…

In 2015 leek het zover. Ze zouden eindelijk samen een album gaan maken. Maar net toen ze begonnen met schrijven werd een goede vriend van Amanda ernstig ziek, en moest ze hals-over-kop terugvliegen naar de States. Zo duurde het tot 2017 eer hun album eindelijk het daglicht zag. I Can Spin A Rainbow is het resultaat van een maand intensief samenwerken en schrijven en alles meteen opnemen. Een werkwijze die Edward door jarenlange ervaring als gegoten zit, maar die totaal vreemd was voor Amanda. Omdat ze elkaar al zo lang kenden, en omdat ze - control-freaks als ze beide zijn - elkaar heel snel vertrouwden verliep het proces echter onverwacht soepel. Edward heeft in een interview toegegeven dat hij zijn teksten nooit uit handen durfde te geven, maar dat de samenwerking met Amanda zó natuurlijk aanvoelde dat ze over en weer samen aan de teksten werkten. Amanda vertelde in datzelfde interview op haar beurt dat ze de muziek van Edward inmiddels zó goed kende dat ze steeds precies wist wat de volgende stap zou moeten zijn. 

De opnames vonden plaats in Essex. In de thuisstudio van Edward werd de muziek opgenomen, maar voor het opnemen van de vocalen maakten ze gebruik van de thuisstudio van Imogen Heap, een vriendin van Amanda en eveneens een geweldige zangeres en muzikante. Imogen bleek bijna letterlijk bij Edward om de hoek te wonen, en haar thuisstudio was beschikbaar omdat ze in die tijd elders aan de soundtrack voor het toneelstuk over Harry Potter werkte. En zo gebeurde het dat de (inmiddels niet meer zo jonge) fan en de (heus niet zo oude) meester eindelijk samenwerkten aan een album.

 

Amanda Palmer en Edward Ka-Spel Amanda Palmer en Edward Ka-Spel
Foto: Viki Beshparova

 

Organisch geheel

Wat de door de wol geverfde liefhebber van het werk van Edward meteen zal opvallen is hoe naadloos dit album binnen de ruime discografie van de Pink Dots past. Maar daarmee is het niet per se een Ka-Spel of Pink Dots album geworden. Je hoort namelijk ook hoe prachtig de rol van Amanda op piano en vocalen ermee integreert, en op zeer organische wijze deel wordt van het geheel. Er is voor de trouwe fan trouwens nóg een bijzonder feit te melden, namelijk de ruimte muzikale bijdrage van ex-Pink Dot en excellente violist Patrick Wright, die vooral in de jaren 80 onder de naam Patrick Q Paganini een melancholiek stempel op de sound van de Pink Dots drukte. Het unieke, wat klaaglijke stemgeluid van Edward bereikt - onder invloed van zijn jonge muze wellicht - nieuwe hoogtes. Hij is altijd meer dichter dan zanger geweest, die vaak ook gewoon voor een soort melodieus parlando koos, maar hier laat hij bij tijd en wijle een melodieuze zelfverzekerdheid horen die ik als jarenlange fan nog niet kende. Daar komt nog bij dat de stem van Amanda er heel goed naast past, en er soms zelfs wel een beetje op lijkt. Dat leidt tot een paar interessante momenten zijn waarop je even goed moet luisteren om te horen wie er zingt.

Afstandsbediening wegleggen

Dit is echt zo’n album dat je in zijn geheel moet luisteren. Dit moet je echt aanzetten met een wijntje of biertje (en eventueel de gewenste rookwaar) binnen handbereik, en de afstandsbediening wegleggen. In de 64 minuten die het album duurt voeren Edward en Amanda je mee op een trip door een veelkleurig en bij vlagen woest psychedelisch landschap van klanken. Album-opener Pulp Fiction is een typisch Ka-Spel nummer, met borrelende arpeggio’s en mysterieuze zanglijnen. Het tweede nummer, Shahla’s Missing Page, is een beklemmende ballade met een weidse, nocturnale sfeer. Hier speelt, tegen een achtergrond van dwarrelende geluidsgordijnen, Patrick Wright een hartverscheurend mooie solo. The Shock Of Contact is weer een echt Dots nummer, met een kleinere maar toch weer bepalende rol voor de viool. Het einde van de korte ballade Beyond the Beach geeft al aan dat het even is afgelopen met de toegankelijkheid. The Clock At The End Of The Page is een spookachtig slaapliedje dat schimmige droombeelden oproept. Gelukkig levert The Changing Room dan toch weer even een soort houvast, dat je door het diabolische walsje van The Jack Of Hands subtiel uit de angstig dichtgeknepen knuistjes wordt gewrikt. Dat nummer begint liefelijk, maar verandert halverwege in een monsterlijk koortsdelier. De mentale kreukelzone waar je dan als luisteraar in terecht bent gekomen wordt slechts ten dele gladgestreken door Prithee/Liquidation Day, waarvan het tweede deel zich ontpopt als een doodenge kermis, compleet met geschift draaiorgeltje en een kijkje in de Twilight Zone. Daar gaat het echt flink los met de psychedelica, en de zwakgemaagde medemens moet hier even goed op zijn ontbijtje letten… Enige muzikale verlossing is er vervolgens weer met Rainbow’s End, dat echter vooral onderhuids werkt met zijn cryptische tekst over iemand die een verkeersongeval krijgt omdat hij met zijn mobieltje zit te prutsen.Tekstframent: Amanda Palmer en Edward Ka-Spel - Rainbow's End

It pays to buy…

Voor de Tidal- en Spotify luisteraars eindigt de pret na Rainbow’s End, maar wie dit album van Amanda Palmer en Edward Ka-Spel (eventueel zelfs gratis!) downloadt via Bandcamp (of de dubbel-LP koopt) krijgt nog een huiveringwekkend vervolg van twee tracks. De eerste daarvan is Subway, waarin de luisteraar wordt meegezogen in een galmende draaikolk van samples die, zonder dat dat teveel fantasie kost, duidelijk met de nasleep van dat verkeersongeval in Rainbow’s End te maken hebben. Hier horen we pure Ka-Spelliaanse psychedelica op zijn allerbest. Duister, maar enorm fascinerend. En precies op het moment dat het niet donkerder lijkt te kunnen brengt The Sun Still Shines je in ultieme verwarring. De slepende lage toon en de gebroken akkoorden op een banjo laten er geen misverstand over bestaan: De zon schijnt dan misschien nog wel, maar jammer genoeg ff ergens anders dan hier… Het is het mistroostige slotakkoord dat de luisteraar gedecideerd terugtrekt in de echte wereld.

Groots en meeslepend

I Can Spin A Rainbow van Amanda Palmer en Edward Ka-Spel is geen vrolijk album, maar toch hou je er geen triest gevoel aan over. Het is meer een soort kalme berusting die ontstaat als je accepteert dat de zon inderdaad niet altijd voor je schijnt. Er gaat echter ook een hoopvol optimisme uit van die laatste track, voor wie het zo horen wil. Wat ik er trouwens óók in wil horen is een open einde. Want dit smaakt zó naar meer dat ik beslist nog wel een opvolger zou lusten. Tot slot moet ik nog een welverdiende pluim uitdelen aan Raymond Steeg, al jaren de vaste geluidsman van de Pink Dots, en Peter van Vliet van The Use Of Ashes, die verantwoordelijk waren voor de mastering en de productie. Dit album klinkt als een klok. Groots en meeslepend, diep en weids, dreigend en troostend tegelijk. Voor de gevorderde luisteraar die wel eens iets anders wil.

Luister naar I Can Spin A Rainbow met Spotify:

Of in FLAC via de browserversie van TIDAL (abonnement vereist)