Field Music, Villagers en Prefab Sprout

Verfijnde en tijdloze net-geen-pop

In deze muziekreview aandacht voor de nieuwe albums van Field Music en Villagers, met een bijzonder album van Prefab Sprout als de klassieker.

Wanneer je de nieuwe albums die ik de afgelopen tijd heb gerecenseerd naast elkaar legt zou je kunnen concluderen dat ik weinig liefde heb voor popmuziek. In de breedste zin klopt dat ook wel. Ik vind veel popmuziek te oppervlakkig en te vluchtig. En noem me desnoods een snob, maar die muziek is nu eenmaal gemaakt om snel te scoren en ook om snel weer te vergeten, omdat er voortdurend wat nieuws te promoten is. Dat geldt echter vooral voor de muziek die tegenwoordig goed scoort in de commerciële playlists van de grote streamingdiensten. Vroeger, toen ik nog jong en onbedorven was, luisterde ik voor dat soort muziek naar de Top-40 en de Top-50 op de radio. En ik vond het heerlijk, ik geef het meteen toe. Maar vandaag de dag zijn er, net als toen, gelukkig ook uitzonderingen die de regel bevestigen. Bands die erin slagen om prettig in het gehoor liggende popmuziek mét diepgang te maken, en die niet uit een Scandinavische hitjesfabriek komt. Muziek die meer dan één luisterbeurt kost om hem helemaal te doorgronden, maar die je daarom over een jaar of zelfs over tien jaar nog met plezier steeds opnieuw kunt beluisteren. Daar plakken we dan ook graag een ander labeltje op. We noemen het Indie-Pop, omdat het zich niet aan de actuele muzikale conventies houdt. Muziek om de muziek. Je komt dat in alle genres tegen, maar binnen de popmuziek is het relatief zeldzaam, omdat de tegendraadsheid die we met ‘indie’ associeren haaks staat op de lichtvoetige intentie van popmuziek.


Enfin, tijd dus om eens een paar albums onder de aandacht te brengen die tot dat gevarieerde en interessante Indie-Pop genre behoren. Omdat ik mijn brede (mag ik zeggen: eclectische?) smaak ook in woord en geschrift wil uitdragen. Ter lering én vermaak uiteraard, anders zou ik daadwerkelijk een snob zijn.


Heel veel lees en luisterplezier!

Field Music - Flat White Moon

Field Music - art's excellence 2021Flat White Moon is het negende album van Field Music, de Engelse indie-pop band rond broers David en Peter Brewis. Dat Field Music niet tot de absolute wereldtop behoort is wat mij betreft een groot onrecht, maar ik vermoed dat de toch wat ‘high brow’ conceptuele benadering die ze bij de meeste van hun albums hebben gekozen een echte doorbraak tot nu toe in de weg heeft gestaan. Misschien is dat maar goed ook trouwens, want vanuit de marge is het gemakkelijker je eigen koers varen dan in de spotlights. En dat houdt de muziek verrassend en fris. Field Music valt wat mij betreft in de categorie ‘intellectuele muziek’. Andere bands die dat ereteken verdienen zijn bijvoorbeeld XTC, Wilco, Yo La Tengo, Sparks en Spoon. Ze maken allemaal zeer verschillende (indie-pop)muziek, maar de grote overeenkomsten zijn originaliteit, toegankelijkheid en groot muzikaal vakmanschap. Vaak vind je onder de liefhebbers van dit soort bands een onevenredig groot aantal gevorderde muziekliefhebbers. Mensen die zó veel gehoord hebben dat een band wel behóórlijk boven het maaiveld moet uitsteken om zich in hun favorietenlijstjes te nestelen. Ik leerde Field Music kennen via een helaas te vroeg overleden muziekvriend op Facebook, die ook een fervent liefhebber van Britse progrock was en XTC zijn favoriete popband noemde. Op hun nieuwe album Flat White Moon kruiden de broers Brewis hun intrigerende kamerpop met allerlei genres die vooral populair waren tussen de jaren ’60, en ’80. Ik hoor grootse prog rock à la Electric Light Orchestra, blue eyed soul zoals Hall & Oates hem maakten, de met psychedelica gelardeerde artrock van de jonge Todd Rundgren maar ook de progressieve pop van de latere Beatles-albums. Je zou er anno 2021 dus ook het label ‘retro-rock’ aan kunnen hangen. Maar ondanks de vele stijlcitaten uit het rijke muzikale verleden is de muziek op Flat White Moon toch vooral heel origineel en eigen. En meer zeg ik er niet over. Ontdek het zelf maar. Klik op die links hier beneden en geniet. Hop hop, geen getreuzel! Een luisteravontuur voor zowel de gevorderde muziekliefhebber als de jonge garde die dorst naar originaliteit!

Luister in lossless geluidskwaliteit naar Field Music met QobuzTidal of Apple Music (abonnement vereist) of in lossy geluidskwaliteit met Spotify.

Villagers - Fever Dreams

Villagers - art's excellence 2021Villagers is het muzikale reisgenootschap rond de Ierse singer/songwriter Conor J. O’Brien, die eerder bescheiden faam verwierf als zanger van de indie-rockband The Immediate. Ten tijde van het goed ontvangen debuut Becoming A Jackal uit 2010 was Villagers eigenlijk nog een soloproject, maar dat veranderde snel en op {Awayland} uit 2013 was het een heuse band. Op dat ‘lastige tweede album’ is een verfijnd en gelaagd geluid te horen dat onder andere doet denken aan bands als Fleet Foxes en zangers als Paul Simon. Het folky geluid wordt op dat album regelmatig aangevuld met subtiele (en soms minder subtiele) elektronische geluiden en bewerkingen, wat het album een stuk avontuurlijker maakte. De mix van (semi-)akoestische folky indie pop en elektronica bleef sindsdien in wisselende verhoudingen terugkomen. Op Fever Dreams tappen O’Brien en zijn Villagers ook weer uit beide vaatjes, hoewel de elektronica wat verder op de achtergrond zit dan op The Art Of Pretending To Swim uit 2018, om plaats te maken voor subtiele invloeden van R&B. Ook zit er op Fever Dreams een naar mijn smaak erg fijn retro-sausje over de muziek, dat een beetje aan bands als Animal Collective doet denken. Hoewel de composities en de arrangementen redelijk complex zijn vind ik dit een erg relaxte plaat. De sfeer is licht melancholiek maar ze bevat ook een hoop optimisme. De mooiste track is wat mij betreft het lange So Simpatico (The More I Know, The More I Care), dat een dromerige sfeer heeft en waarin halverwege een schitterende saxofoonsolo zit die me vreemd genoeg een beetje aan Supertramp doet denken. Heerlijk luistervoer terwijl buiten de herfstbladeren langs het raam dwarrelen, maar met sneeuw of zon werkt dit gegarandeerd even goed.

Luister in lossless geluidskwaliteit naar Villagers met QobuzTidal of Apple Music (abonnement vereist) of in lossy geluidskwaliteit met Spotify.

Prefab Sprout - I Trawl The Megahertz

Prefab Sprout - art's excellenceEen band die eigenlijk ook genoemd had kunnen worden in de lijstjes van ijzersterke ‘muziekliefhebbersmuziek’ hierboven is Prefab Sprout, hoewel ze wat mij betreft de torenhoge belofte van hun fantastische doorbraakalbum Steve McQueen uit 1985 nooit hebben kunnen overtreffen. Oprichter en frontman Paddy McAloon liep in 1999 een ingrijpend gezondheidsprobleem op waardoor zijn netvliezen loslieten en hij zelfs tijdelijk blind werd. Hij was door zijn ziekte ruim twee jaar aan huis gebonden, en in die tijd vond hij afleiding en troost in het luisteren naar talkshows en documentaires op de kortegolfradio. Omdat het muzikantenbloed toch kruipt waar het niet gaan kan nam hij veel fragmenten van die radioprogramma’s op, met het idee om ze te gaan verwerken in een solo-album. Dat werd, met een directe verwijzing naar zijn zoektochten langs de kortegolfzenders, I Trawl The Megahertz. Het is een grotendeels instrumentaal album dat opent met het grandioze maar extreem weelderige titelnummer, een rijk georkestreerde suite van ruim 20 minuten waarin McAloon zichzelf zijn levensverhaal vertelt. Om het dramatische effect te vergroten (als je toch al aan de pathetiek aan het sleutelen bent) wilde hij daar een Amerikaanse vrouwenstem voor gebruiken. Via het toneelclubje van een vriendin van zijn vrouw kwam hij in contact met ene Yvonne Connors, die hij in een hotelkamer in Kensington ontmoette. Daar nam hij in een sessie van twee en een half uur voor de vuist weg de complete tekst met haar op. Het nummer heeft een traag en wiegend ritme, een beetje zoals Jesus’ Blood Never Failed Me Yet van Gavin Bryars, maar het is veel verhalender en minder repetitief. De rest van het album bevat eveneens rijk gearrangeerde, filmisch aandoende nummers die me een beetje herinneren aan de klassieke ‘interludes’ op het album Days Of Future Passed van The Moody Blues. In 2019 werd het album in een uitstekend geremasterde versie opnieuw uitgebracht, ditmaal onder de naam van Prefab Sprout en vergezeld van de mededeling dat dat aanvankelijk al de bedoeling was geweest. Ik betwijfel dat, en zie het meer als een poging om een wat breder publiek voor het album te mobiliseren. Of dat geholpen heeft weet ik niet, voor de vaste fans is de neoklassieke opzet van I Trawl The Megahertz wel een érg witte raaf in het oeuvre van de band. Wat echter niet wegneemt dat dit een bloedmooi, verrukkelijk melancholiek maar ook troostrijk album is dat een breder publiek verdient. Doe er je voordeel mee!

Luister in lossless geluidskwaliteit naar Prefab Sprout met QobuzTidal of Apple Music (abonnement vereist) of in lossy geluidskwaliteit met Spotify.