AudioQuest mini-jack naar RCA kabels - review
AudioQuest mini-jack verloopkabels: Een Duidelijk Opwaartse Lijn
Auteur: Max Delissen
Na de luistertest met de AudioQuest netwerkkabels ontstond het idee om een vergelijkbare sessie op te zetten rondom de AudioQuest mini-jack naar RCA kabels uit de gloednieuwe Bridges and Falls serie van AudioQuest. Zo bedacht zo gedaan. De gebruikte hifi-set was dezelfde als bij de test van de netwerkkabels, maar onze bron is nu een Mac Mini die via de onvolprezen a-synchrone AudioQuest Dragonfly mini usb da-converter zijn muziek afspeelt.
De computer als audiobron
Met de komst van de ongelooflijk goede Dragonfly is de computer een volwaardige audiobron geworden, maar de mini-jack aansluiting (in de volksmond: oordopjes-hoofdtelefoonuitgang) die op deze da-converter in usb-stick formaat zit werd voorheen nooit als een volwaardige hifi-verbinding beschouwd. Tsja, de associatie met draagbare mp3-spelers die vol gecomprimeerde top-40 meuk staan raak je maar moeilijk kwijt. Toch moeten we daar echt anders over gaan denken. Sinds ik de Dragonfly bijna dagelijks op mijn werkkamer gebruik ben ik dat in elk geval wel gaan doen. De aanname dat groter/dikker/zwaarder vanzelf beter is heeft helaas ook in de hifi postgevat en daardoor zijn al genoeg goede producten ten onrechte genegeerd. Tijd voor een bijstelling.
Meer specifiek: Bridges and Falls
Nagenoeg alle types in deze nieuwe serie AudioQuest mini-jack interlinks zijn in diverse varianten leverbaar. RCA naar RCA, 3,5 mm naar 3,5 mm, 30-pins iPod naar 3,5 mm, 30-pins iPod naar RCA, diverse DIN uitvoeringen en de RCA naar 3,5 mm uitvoering waar we in deze test naar gaan luisteren. De Bridges & Falls serie is dus voor veruit de meeste analoge toepassingen geschikt. Wat alle modellen gemeen hebben is dat ze bestaan uit één enkele kabel waar alle geleiders doorheen lopen. Onderzoek van AudioQuest heeft uitgewezen dat deze configuratie, mits goed uitgevoerd, klankmatige voordelen kan hebben ten opzichte van twee losse kabels. Bovendien is het een zegen als je veel interlinks achter je set hebt liggen, want je kunt de hoeveelheid kabel hiermee halveren. Bij de RCA variant splitst de kabel zich aan het uiteinde. De gebruikte pluggen zijn van uitstekende kwaliteit en slank van formaat. Een klein nadeel is dat de RCA kabels eigenlijk niet geschikt zijn voor apparaten waarbij de + en - aansluitingen meer dan pakweg 6 centimeter uit elkaar liggen, daarvoor zijn de gesplitste geleiders eigenlijk net te kort. Bij de Spectral DMC30 Series 2 voorversterker, die relatief plat is, levert dit geen problemen op, maar het is wel iets om rekening mee te houden. Bij de duurdere modellen (Victoria, Yosemite en Angel) is dat probleem er niet, want die kunnen op speciaal verzoek door AudioQuest op maat gemaakt worden.
De Procedure
Om de vergelijkende luistertest voor mijzelf én voor de lezers overzichtelijk te houden leek het me handig om slechts twee muziekfragmenten te kiezen. Omdat de Dragonfly bij uitstek een apparaatje is dat meer door muziekliefhebbers dan door audiofielen gekocht zal worden wilde ik geen al te ingewikkelde audiofiele muziek kiezen en viel de keuze op een lekker stukje singer-songwriterpop met een randje en een fraai voorbeeld van moderne, lekker in het gehoor liggende dansmuziek die druipt van de soul. Oftewel het fraaie Move On Me van het album Sort Of Revolution van Fink en Night Air van Jamie Woon’s album Mirrorwriting, een kleine klassieker in het dubstep/soul/dance genre. Beide albums zijn behoorlijk goed opgenomen, maar niet specifiek gemaakt om gouden oren te bekoren.
Net als bij de netwerkkabels word ik terzijde gestaan door Kees Jan die de technische kant van de zaak voor zijn rekening neemt. Ik moet zeggen dat het inderdaad een stuk fijner luistert als je niet voortdurend van je stoel af moet om kabels te wisselen. De volgorde waarin de kabels worden beluisterd volgt ook deze keer de verkoopprijs, van laag naar hoog. De lengte van de kabels is steeds 1 meter.
Luister...
Tower
De Tower is het gloednieuwe instapmodel in deze serie. Het enige dat we er op het moment van de test over weten is dat hij geleiders van massief Long Grain Copper (LGC) heeft. Jamie Woon klinkt hier eigenlijk meteen redelijk goed mee, het laag gaat diep en heeft aardig wat kracht, al klinkt het als je wat kritischer luistert wel een tikje geknepen. Kleine details zijn goed hoorbaar, maar het geluid loopt in drukkere passages een beetje dicht en het klinkt ook wat tam. Het stereobeeld is redelijk breed en de plaatsing van instrumenten en stem binnen dat stereobeeld is behoorlijk.
Bij Fink zijn de stemmen goed verstaanbaar, de piano klinkt helder en de bas is redelijk strak. De plaatsing van instrumenten en stemmen is stabiel. Deze eenvoudige maar netjes gebouwde zwart/witte kabel maakt absoluut een goede eerste indruk.
Evergreen
De Evergreen was voor de komst van de Tower het instapmodel van deze serie en is eveneens voorzien van massieve LGC geleiders. Omdat de kabel op de kleur van het streepje op de gladde zwarte kunststof mantel na (groen in plaats van wit) identiek lijkt aan de Tower verwachten we weinig tot geen verschil te horen, maar dat blijkt er tot onze verbazing wel degelijk te zijn. De track van Jamie Woon laat meer details horen en klinkt wat sneller, het stereobeeld is breder en vooral wat dieper. In het laag is er weinig verschil, hoewel het wat schoner klinkt.
Ook Fink laat meer detail horen, het geluid is minder geknepen. De weergave is nu een heel klein tikje aan de heldere kant maar dat werkt positief op de doorluisterbaarheid. Vooral het laag is daardoor beter te volgen. Het had misschien wat dieper gemogen, maar de balans in het geluid is nog steeds prima. Als we voor de zekerheid bij AudioQuest navraag doen naar de technische verschillen tussen het nieuwe en het voormalige instapmodel blijkt dat de geleiders in de Evergreen toch net wat dikker zijn dan die in de Tower.
Golden Gate
De Golden Gate is de eerste stap hoger in metallurgie. In deze kabel verwerkt AudioQuest hun zogeheten Perfect Surface Copper, oftewel PSC. Het zeer zuivere en relatief zachte koper wordt zorgvuldig en zeer gelijkmatig getrokken en daarna gepolijst, waardoor het oppervlak van de geleiders veel gladder wordt. Volgens AudioQuest vermindert dit de vervorming van het signaal aanzienlijk, wat in deze luistertest op verschillende manieren terug te horen zou moeten zijn. En inderdaad: de track van Jamie Woon krijgt een veel ruimtelijker beeld en kleine details zijn een stuk beter te volgen. Ten opzichte van de vorige kabel is er voor het eerst echt sprake van diepte in het geluid. Ook de timing is beter geworden, de instrumenten en de zang klinken meer als een geheel. De zang is ook beter te verstaan, alles klinkt wat losser en vanzelfsprekender. Het laag is schoner en voor het eerst ook dieper en veel beter te volgen.
De opname van Fink wordt opeens meer 3D en de klank van de gitaar en de stem zijn voller. Eigenlijk klinkt het in zijn geheel minder dun, maar wel schoner en de rust in de weergave neemt toe. De pianopartij is beter te volgen en er zit meer ‘gewicht’ in de aanslagen. Het laag is dieper en kleurrijker en de stem klinkt warmer, met meer body eronder.
Big Sur
De Big Sur heeft geleiders van PSC+. Dit koper is nog zuiverder van samenstelling dan het PSC dat in de Golden Gate zit, wat in nog minder vervorming zou moeten resulteren. De Big Sur is duurste kabel in deze serie die nog voorzien is van vergulde pluggen.
Jamie Woon krijgt met de Big Sur meer autoriteit en substantie en de coherentie en timing worden nog beter. De stem is nu helemaal schoon, s-klanken zijn kraakhelder maar absoluut niet scherp. De verstaanbaarheid is hierdoor beter. Het laag krijgt meer body maar wordt niet veel dieper. Wel kleurrijker. De rust in de weergave neemt toe omdat er meer ruimte tussen de onderdelen van het stereobeeld zit. Meer ‘zwart tussen de instrumenten’ dus. Fink klinkt met de Big Sur ook een stuk verfijnder en voller, nee...echter. De piano wint aan balans en kracht, het instrument krijgt body en wordt wat groter afgebeeld. Bij de stem zijn de kleine mondgeluiden beter te horen, waardoor het overtuigender klinkt. Ook is de samenzang beter te ontrafelen en de bas is beter te volgen. Opnieuw niet echt dieper, maar met meer contour en kleur.
Sydney
De Sydney heeft geleiders van PSC+ die door zogenaamde air tubes lopen. Bij de goedkopere kabels wordt als isolatie geschuimd polyethyleen gebruikt dat direct contact maakt met het oppervlak van de geleider, de Sydney (en de Victoria) gebruiken een buis van Polyethyleen die losjes om de geleider zit met een laagje lucht er tussen. En lucht is, zo weet je als je vroeger hebt opgelet bij natuurkunde, de allerbeste isolator. De pluggen van de Sydney zijn verzilverd in plaats van verguld. Zilver is namelijk een nog betere geleider dan goud.
Jamie Woon krijgt met de Sydney een breder en dieper beeld en de bas wordt niet alleen schoner maar ook een stukje dieper. Kleine details zijn nog beter volgen en de stem heeft meer (hoorbare) adem. Ook is de timing weer wat beter, wat zich uit in meer rust en coherentie tussen de grote lijn van de song en de vele kleine details in de opname.
Fink krijgt met de Sydney echt veel meer rust, zijn stembuigingen zijn beter te volgen en er zijn meer mondgeluiden te horen waardoor de stem aannemelijker wordt. Bij de gitaar horen we de vingers beter over de snaren schuiven en de piano heeft meer boventonen. De bas krijgt nog wat meer druk en kleine details in het stereobeeld zijn beter te volgen. Dat beeld is ook groter en luchtiger en er is meer druk in de weergave. Ook de timing is wat beter.
Victoria
De Victoria is in veel opzichten technisch gelijk aan de Sydney, maar deze kabel is als eerste in de serie voorzien van DBS, het gepatenteerde systeem van AudioQuest dat de moleculen in de isolatie door middel van een elektrische spanning van 72 Volt polariseert en op die manier in één richting oriënteert, waardoor veel minder vervorming optreedt. Een bijkomend voordeel van DBS is dat de kabel zo goed als ingespeeld uit de verpakking komt. Het verschil in geluidskwaliteit is opmerkelijk. De opname van Jamie Woon laat veel meer details horen en de muziek krijgt meer substantie en een nog betere timing. De diepte van het stereobeeld neemt enorm toe en het laag wordt dieper en schoner. De stem is beter te verstaan en te volgen, maar zonder de rest van de muziek kwijt te raken, de weergave wordt meer één geheel. Met de Victoria zijn ook meer productionele details uit de studio te horen en komt er meer drama in de performance. De stem van Fink is met de Victoria veel levensechter en heeft meer detail, keelklank en mondgeluiden. De samenzang is ook beter te ontrafelen, de individuele stemmen zijn te herkennen en los van elkaar te volgen. Het slaggitaartje is sneller en voller van klank en de bas is schoner en dieper geworden.
Yosemite
De Yosemite heeft net als de Victoria geleiders van PSC+ en is voorzien van DBS. Het verschil zit hem in de veel betere airtube. Waar in de Victoria PE wordt gebruikt is de Yosemite voorzien van airtubes van Fluorinated Ethylene Propylene (FEP), een kostbaar fluor-polymeer dat lijkt op Teflon en de goede eigenschappen van de PE airtubes volgens AudioQuest ver overstijgt. Is dat te horen? En of! De opname van Jamie Woon krijgt meer textuur en meer detail, de dynamiek is groter en geluiden starten en stoppen veel sneller, waardoor een ongelooflijk goede timing ontstaat. De stem klinkt opeens dichterbij en de muziek lijkt meer laagjes de hebben. Ook de microdynamiek neemt toe waardoor het geheel voller en natuurlijke gaat klinken, er is meer overtuiging en geloofwaardigheid. Ook lijkt de muziek nu los in de ruimte te zweven, de luidsprekers zijn in dit stadium volledig uit de weergave verdwenen.
Bij de opname van Fink lijkt de Yosemite qua karakter wat meer op de Victoria dan bij de track van Jamie Woon, maar de verbetering is toch echt aanzienlijk. Er is meer druk, vooral in de instrumenten. De piano wordt voller van klank, er zit nu duidelijk hoorbaar ‘hout’ in het geluid. Ook de timing is beter, de band lijkt beter samen te spelen.
Angel
Dit is de overtreffende trap, zowel in prijs als in geluidskwaliteit. Deze kabel heeft iets meer inleiding nodig voor ik ga ga vertellen over de luisterervaring. De Angel heeft geleiders die gemaakt zijn van Perfect Surface Silver (PSS) die door dezelfde FEP airtube lopen als de koperen geleiders van de Yosemite. Ook de Angel is voorzien van een DBS module. Op papier is zilver een betere geleider dan koper maar ik heb er zelf gemengde ervaringen mee. Lang niet alle zilveren kabels die ik ooit hoorde blonken uit in een evenwichtige weergave. In tegenstelling tot wat je zou verwachten had zilver in mijn beleving nogal eens de neiging om erg afgerond en niet al te dynamisch te klinken. Inmiddels begrijp ik dat het materiaal waarvan de kabel is gemaakt maar ten dele verantwoordelijk is voor de klank en dat er factoren zijn die een minstens even grote rol spelen. En zo komen de vier pijlers waarop alle kabels van AudioQuest zijn gebaseerd (massieve geleiders, de beste metalen, een uitgekiende geometrie en hoogwaardige isolatiematerialen) hier op hun allermaximaalst - dat woord bestaat niet, maar je begrijpt wat ik bedoel - bij elkaar.
Goed, luisteren… De track van Jamie Woon slaat in als een bom. De Yosemite was al schitterend, maar de Angel klinkt nog eens zó veel beter dat de meerprijs een insignificant detail wordt. Het laag gaat putdiep en is zowel krachtig als volkomen los. Het stereobeeld is gigantisch, hier is echt sprake van 3D weergave met een enorme hoeveelheid details. Deze kabel haalt wat mij betreft een perfecte score op geloofwaardigheid en drama. Adembenemend om te horen, geen spoor van de warmte die ik ten onrechte met zilver ben gaan associëren, maar wagonladingen realisme in afbeeldingsgrootte, levensechte kleuren, dynamiek en detail.
Bij Fink klinkt de Angel opnieuw krachtig en neutraal, zeer kleurecht, met een stem die zeer realistisch overkomt, elke vocale buiging is natuurlijk, er is snelheid en rust tegelijk, de samenzang is superb van toon en de piano is vol boventonen en echte klank. Het laag is diep en strak en de klank van de strijkers is vol van hout en drama.
Conclusie
Net als bij de Ethernetkabels van AudioQuest is er een duidelijke verbetering te horen bij elke volgende stap in prijs. Dat lijkt logisch, maar dat is het niet. De eenheid van klanksignatuur binnen het assortiment van AudioQuest is voorbeeldig. AudioQuest spreekt zelf trouwens liever niet van een klanksignatuur, maar van het steeds verder wegnemen van invloeden die schadelijk zijn voor het geluid. Feitelijk hebben ze daar gelijk in. Een kabel is een passief component en kan als zodanig nooit iets toevoegen aan het geluid dat er doorheen gaat. Elke ‘klank’verandering die een kabel veroorzaakt is het gevolg van een bepaalde filtering. Door zeer consequent te zijn in de opbouw en metallurgie van de kabels zou je AudioQuest in zeker mate ‘voorspelbaar’ kunnen noemen. Je kunt er als klant van op aan dat een duurdere kabel binnen een bepaalde serie ook echt een verbetering brengt, mits je hifi-set in staat is om dat te laten horen natuurlijk! Daarom was het een plezier om deze nieuwe Bridges & Falls serie aan de tand te voelen. Enerzijds omdat de uitkomst geheel naar verwachting bleek te zijn, anderzijds omdat het een genot en een verademing is om bij een wat abstract onderwerp als bekabeling zo overduidelijk te horen dat duurder soms wél gewoon beter betekent.
Ik snap best dat de Angel niet voor iedereen is weggelegd en dat de prijzen van de Yosemite en zelfs de Victoria voor veel mensen nog wel even slikken zullen zijn. Maar het is goed om te weten dat je, ongeacht je keuze, een verantwoorde prijs/kwaliteit verhouding krijgt. Welke kabel ik zou aanbevelen? Het antwoord daarop zou in principe hetzelfde kunnen zijn als bij de ethernetkabels: hou het een beetje in verhouding tot de prijs van je set en koop dan de duurste die je je kunt veroorloven. Toch denk ik dat een meer specifiek advies in dit geval op zijn plaats is. Aan mensen die een eenvoudige maar leuke set hebben, en die graag een beter geluid willen dan met een standaardkabeltje van de elektronicasuper haalbaar is, zou ik de Tower aanraden. Gewoon bij de basis beginnen en van daaruit verder kijken als dat bevalt. Voor de meer gevorderde luisteraar die over een uitstekende set beschikt denk ik dat de Sydney een mooi startpunt zal zijn. In een topset is de Victoria met DBS mijns inziens de meest realistische keuze.
Dat betekent geen diskwalificatie van de nog veel betere Yosemite en Angel, maar de verhouding tot de prijs van de Dragonfly begint dan in alle eerlijkheid toch een beetje scheef te worden. Je komt dan namelijk in een prijsklasse waarin een asynchrone USB-dac met een goede USB kabel een serieus alternatief kan zijn. Hoewel ze voor toepassing met de Dragonfly of een andere mini-USB-DAC misschien een beetje te kostbaar zijn kun je de Yosemite en de Angel natuurlijk ook gewoon als rca-rca interlink kopen. Met dezelfde geluidskwaliteit als hierboven beschreven en daarom absoluut de moeite waard bij zeer hoogwaardige bronnen.
Diverse muziek links op Spotify
Webwinkel
Voor informatie en prijzen accessoires, zie onze webwinkel:
Dit document is eigendom van art's excellence - © copyright 2013
Splitters zijn ideaal om problemen op te lossen, maar helaas minder geschikt voor maximale geluidskwaliteit. Als je voor het laatste gaat zit er niets anders op dan een AudioQuest mini-RCA interlink aan te schaffen. Ik heb goede dingen gehoord over de Byer DT 1990 PRO. Een andere optie is een <a href="https://artsexcellence.com/audio/hoofdtelefoons/hifiman-sundara.html" target="_blank" rel="noopener nofollow">HiFiMAN Sundara</a> planar, die is makkelijker aan te sturen en is voor het geld haast onverslaanbaar.
Groetjes, Kees Jan
Ik heb ook een Teac UD-503 waar ik de Hifiman Sundara aan kan hangen.
Alvast bedankt voor de reactie.
Die Teac ziet er goed uit! De HiFiMAN Sundara is echt heel eenvoudig aan te sturen, ook voor jouw Teac UD-503.
AudioQuest Sydney klinkt in alle opzichten mooier dan een Big Sur. Dit komt onder andere door dikkere interne geleiders en een betere isolatie. Ik zou overigens met beide goed kunnen leven. ;-)
Groetjes, Kees Jan
Op mijn versterker heb ik zowel mini-jack als een RCA (tulp) ingang. Mijn audio speler heeft alleen jack mini-uitgang. Welke kabel is dan de beste keuze?
1. Van mini-jack naar mini-jack?
2. Van mini-jack naar RCA (tulp)?
Maakt de lengte ook een verschil? Er zijn namelijk korte maten van minder dan 1 meter, maar ook van enkele meters.
Ik begrijp dat je twijfelt welk van de connectoren het beste past in je setup. Het maakt niet zo heel veel uit welke connectoren je kiest, al zou ik zelf RCA (tulp) overwegen omdat die iets meer 'grip' hebben op de ingangsconnectoren, en iets vaker gebruikt worden. De lengte van de kabel doet er enigszins toe, al moeten we dat niet overdrijven. De verschillen in lengtes zijn kleiner dan tussen de kwaliteit van de kabels onderling. Ons advies is wel om kabels zo kort als mogelijk te kiezen.
Groetjes, Kees Jan
Als dit een oplossing wordt waarbij de ultieme geluidskwaliteit minder belangrijk is dan werkt dit perfect. Wil je niets aan het toeval overlaten en maximale performance dan is een interlink die hiervoor is gemaakt een betere optie.
Groetjes, Kees Jan
Echter mis ik bij dit soort tests wel de 'double blind' component. Kunnen de kabels van elkaar worden onderscheiden zonder dat de luisteraar weet welke 69 euro of 595 euro kost? En zou daar een soortgelijk mooi oplopend beeld van toenemende kwaliteit uit naar voren komen, wellicht met een enkele uitzondering daargelaten? The human mind is a tricky place...
Dank voor je reactie. Al onze recensies doen we met uiterste zorgvuldigheid. Het beluisteren en beoordelen van kabels wordt ook gedaan zonder dat de ander weet waar hij naar luistert. Betere kabels geven nu eenmaal een betere performance en laten meer informatie horen, zeker bij AudioQuest is dat een gegeven feit. Wij gebruiken de AudioQuest 'Bridges and Falls' series ook grotendeels privé en horen de verschillen direct als we ze uitwisselen. Verder bieden onze recensies informatie die conumenten helpt een goede keuze te maken. Uiteindelijk mag je zelf de beslissing maken hoe ver je hierin wil gaan.
Groetjes, Kees Jan